Seksuele-intimidatie

Wat is seksuele intimidatie?

Inleiding

Hieronder staan de artikelen 3 en 4 van het Reglement Seksuele Intimidatie van de KNVB. Artikel 3 richt zich tot alle sporters en artikel 4 recht zich meer in het bijzonder tot de begeleiders (waaronder in ieder geval begrepen de trainers, coachers en/of verzorgenden).
Zie ook: BAV Voetbalinfo – juni 2018

Artikel 3 – Seksuele intimidatie

1. Seksuele intimidatie is elke vorm van ongewenst verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag met een seksuele connotatie (duiding) dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van de persoon wordt aangetast, in het bijzonder wanneer een bedreigende, vijandige of beledigende, vernederende of kwetsende situatie wordt gecreëerd.

2. Onder seksuele intimidatie, zoals vermeld in lid 1 van dit artikel, zijn mede begrepen de misdrijven tegen de zeden van het Wetboek van strafrecht.

3. Seksuele intimidatie is een verboden gedraging. Dit verbod geldt voor alle aangeslotenen. Voor aangeslotenen die tevens begeleider bij dan wel werknemer van de KNVB of van een in de voetbalsport werkzame rechtspersoon zijn, gelden naast de algemene regels met betrekking tot seksuele intimidatie tevens de in artikel 4 van dit reglement opgenomen gedragsregels.

4. De in dit reglement bedoelde seksuele intimidatie heeft betrekking op seksuele intimidatie die heeft plaatsgevonden in relatie tot de beoefening van voetbalsport binnen het verband van de KNVB. Van seksuele intimidatie is eveneens sprake wanneer degene die de seksuele intimidatie ondergaat ook buiten een voetbalsportaccommodatie ten opzichte van degene die de seksuele intimidatie pleegt in een in de voetbalsport ontstane machtsrelatie verkeert.

Artikel 4 – Gedragsregels seksuele intimidatie

1. De KNVB hanteert ten aanzien van seksuele intimidatie de in dit artikel vermelde gedragsregels. Overtreding van deze gedragsregels levert een overtreding op in de zin van dit reglement en kan op grond van dit reglement tuchtrechtelijk worden bestraft.

2. Met betrekking tot de begeleiders in de voetbalsport gelden de volgende gedragsregels:

a. De begeleider moet zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de speler zich veilig voelt te verkeren. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd:
i. het niet onmiddellijk stoppen (of doen laten stoppen) door feitelijke interventie van een klaarblijkelijke vorm van seksuele intimidatie waarvan de begeleider getuige is of waarvan hij op de hoogte wordt gesteld;
ii. het participeren in vormen van seksuele intimidatie of aanmoedigen van anderen daartoe;
iii. het door de begeleider in woord of gedrag scheppen van een seksueel of erotisch geladen sfeer (door woord, gedrag, vertoning filmbeelden, aankleding omgeving) of aan het voortbestaan daarvan een bijdrage leveren;
iv. het door de begeleider op niet-functionele wijze bekijken van de speler waarbij de aandacht is gericht op de geslachtskenmerken;
v. het door de begeleider met seksueel gedrag ingaan op verliefde gevoelens, seksuele verlangens of fantasieën van een minderjarige speler;
vi. het achterwege laten van hulp aan een slachtoffer of slachtoffers van een incident dat valt onder seksuele intimidatie;
vii. het niet of onvoldoende uitoefenen van begeleiderstaken rondom en tijdens een voetbalsportactiviteit waardoor gelegenheid ontstaat voor vormen van seksuele intimidatie, die met het juist uitvoeren van de begeleiderstaken hadden kunnen worden voorkomen.

b. De begeleider onthoudt zich van elke vorm van machtsmisbruik of seksuele intimidatie tegenover de speler.

c. De begeleider onthoudt zich er van de speler te bejegenen op een wijze die de speler in zijn waardigheid aantast en verder in het privéleven van de speler door te dringen dan nodig is voor het gezamenlijk gestelde doel. De begeleider zal tijdens training(-stages), wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de speler in de ruimten waarin de speler zich bevindt, zoals de kleedkamer of de hotelkamer. In het kader van deze normen wordt als een overtreding beschouwd:
i. het door de begeleider uitoefenen van dwang of op enigerlei wijze gebruik maken van het machtsverschil dat bestaat tussen hem en de speler, met het kennelijke oogmerk de speler tot seksuele handelingen te dwingen, daartoe te verleiden of over te halen, of die te dulden;
ii. het aangaan van een seksuele relatie met een minderjarige speler met wie de begeleider op basis van kenmerken zoals leeftijdsverschil, status, positie, voetbalsportrelatie (bijv. coach-speler, fysiotherapeut-speler) in een machtsongelijke relatie staat;
iii. het zich onnodig en/of zonder toestemming van de speler bevinden in of het naar binnen kijken/gluren in ruimtes die door de speler worden gebruikt als privéruimtes, zoals douches, kleedkamers, toiletten, hotelkamers, kampeertenten en soortgelijke ruimtes, waarin de speler mag veronderstellen zich te kunnen gedragen als ware hij alleen en ongezien;
iv. het door de begeleider verrichten van voetbalsporttechnische fysieke handelingen met betrekking tot de speler die niet tot zijn bekwaamheid en taken behoren en/of op dat moment niet geboden zijn;
v. het bij herhaling of op systematische wijze privé bij de begeleider alleen thuis of een andere afgezonderde plaats uitnodigen van een speler, waarmee de begeleider een machtsongelijke relatie heeft, wanneer deze ontmoeting vanuit de begeleidingstaak niet nodig is en/of elders kan worden georganiseerd, zoals in een clubgebouw of een publieke gelegenheid;
vi. het door de begeleider op enigerlei wijze systematisch isoleren van een speler van andere spelers en/of begeleiders of het systematisch realiseren van een één-op-één relatie tussen begeleider en speler, zonder dat daar voetbalsporttechnische redenen voor zijn en/of zonder dat dit in overeenstemming is met kaderafspraken ter zake.

d. Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen de begeleider en de speler die de leeftijd van zestien jaren niet heeft bereikt, zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.

e. De begeleider onthoudt zich van seksueel getinte intimiteiten via welke communicatiemiddelen dan ook.

f. De begeleider mag de speler niet op een zodanige wijze aanraken dat de speler en/of de begeleider deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het
doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd:
i. de speler tegen diens wens naar zich toe trekken voor aanhalen, omarmen of kussen;
ii. zich tegen de speler aandrukken;
iii. billen, borsten, of andere erogene zones aanraken onder het mom van functionele instructie;
iv. het negeren van wensen van de speler om (ergens) niet te worden aangeraakt, ook al betreft dit een voetbalsporttechnisch juiste wijze van aanraken;
v. het aanraken van de speler of fysieke handelingen verrichten die niet binnen de taakstelling van de begeleider vallen.

g. De begeleider onthoudt zich van (verbale) seksueel getinte intimiteiten. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd:
i. grove seksueel getinte opmerkingen, schuine moppen;
ii. grapjes of ontboezemingen over andermans seksleven;
iii. (dubbelzinnige) opmerkingen met verwijzing naar iemands seksuele leven of geaardheid;
iv. niet-functionele vragen over het seksleven van de speler;
v. ontboezemingen over eigen seksleven of seksuele verlangens.

h. De begeleider heeft de plicht – voor zover in zijn vermogen ligt – de speler te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is of een intermediair als bedoeld in het Reglement Intermediairs de (jeugdige) speler vertegenwoordigt en in het bevestigende geval, welke intermediair, is de begeleider verplicht met deze intermediair samen te werken opdat de intermediair zijn werk goed kan uitoefenen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd:
i. het nalaten van het doen van melding bij het bevoegd gezag van een incident of situatie waarvan de begeleider getuige is of kennis van heeft en waarvan hij redelijkerwijs had moeten weten dat het om seksuele intimidatie gaat en er niet van had kunnen uitgaan dat een ander dit zou doen;
ii. het ontmoedigen of beletten van anderen (zoals een speler of andere begeleider) om melding te doen, zoals bedoeld onder i. van lid 2 sub h. van dit artikel;
iii. het niet meewerken aan de tuchtprocedure die naar aanleiding van een aangifte met betrekking tot seksuele intimidatie bij een tuchtrechtelijk orgaan aanhangig is en waartoe hij door dat tuchtrechtelijk orgaan is opgeroepen, dan wel aan het vooronderzoek dat een tuchtrechtelijk orgaan laat verrichten voorafgaande aan de behandeling van de aangifte door dat tuchtrechtelijk orgaan;

i. De begeleider zal de speler geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd:
i. de begeleider zal de speler geen (im)materiële vergoedingen aanbieden of geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen van erotische of seksuele aard;
ii. de begeleider accepteert geen erotische of seksuele tegenprestaties van de speler als vergoeding voor het uitoefenen van de begeleiderstaak.

j. De begeleider zal er actief op toezien dat deze regels door iedereen die betrokken is bij de speler worden nageleefd. Wanneer hij gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze regels zal hij de daartoe noodzakelijke actie(s) ondernemen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd:
i. het nalaten personen op hun gedrag aan te spreken die zich schuldig maken aan een vorm van seksuele intimidatie;
ii. het nalaten andere begeleiders op hun gedrag aan te spreken wanneer deze in het bijzijn van de begeleider of nadat de begeleider het ter ore komt, niet of onvoldoende ingrijpen of hebben ingegrepen bij een incident met betrekking tot seksuele intimidatie.

k. In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de begeleider in de geest hiervan te handelen.

l. Het niet ingrijpen bij gedragingen of in situaties die, ondanks dat ze niet in deze gedragscode met name als verbod staan genoemd, toch de sociale veiligheid van de voetbalsportomgeving in termen van seksuele intimidatie of grensoverschrijdend gedrag bedreigen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd:
het niet ingrijpen bij gedragingen of in situaties die, ondanks dat ze niet in deze gedragscode met name als verbod staan genoemd, toch de sociale veiligheid van de voetbalsportomgeving in termen van seksuele intimidatie of grensoverschrijdend gedrag bedreigen.

3. Van een begeleider wordt in het bijzonder verwacht dat hij professioneel handelt en dat hij zich bewust is van zijn voorbeeldfunctie, dat wil zeggen dat hij handelt overeenkomstig de geldende standaard en opleiding, waarbij het er niet toe doet of de begeleider al dan niet een vergoeding voor zijn begeleiding ontvangt.